Laag- of hoogopgeleid: Utrechtse wethouder wil van die termen af

Samen met onderwijsorganisaties en mbo-studenten trok De Vries naar Den Haag. Daar roept de wethouder op goed na te denken over woordkeuzes en wat het doet met het zelfbeeld van studenten.

In de periode dat De Vries zelf als basisschooldocent voor de klas stond, merkte hij al dat er veel waarde werd gehecht aan het niveau van een leerling. "In gesprekken met ouders en kinderen ging het over zaken als 'hoog', 'laag', 'beter' en 'opstromen'. Elk kind en elke ouder wilde een hoger advies. Dat doet iets met hoe kinderen naar zichzelf kijken", stelt hij.

De Vries hoorde studenten steeds vaker zeggen dat ze niet slim genoeg waren, of niet goed konden leren en daarom een mbo-studie volgden. "Terwijl mbo'ers heel veel talenten hebben. Dat is ook het mooie van het mbo: het is gericht op de talenten die mensen hebben", vindt De Vries.

Volgens de Utrechtse wethouder kan iedereen door op zijn of haar woordkeuze te letten een positieve bijdrage leveren. Ouders, docenten, maar ook ambtenaren. Zo zit hij, als een oud-leerkracht betaamt, soms in de beleidsstukken met een pen te strepen als hij termen ziet die niet afgesproken zijn. Want: "Taal is heel erg bepalend."

Het idee dat mbo'ers minder waard zijn? "Onzin, echt onzin", zegt een studente van het ROC Midden-Nederland. Studenten denken verschillend over het zogeheten hokjesdenken rondom opleidingen. "De overheid en de maatschappij zien mbo'ers wel als 'lager'", denkt een van de studenten.

De ene student hechten weinig waarde aan de woordkeuze rondom studieniveaus. "Het maakt me niet uit wat mensen van me vinden." Voor de ander is het juist wél belangrijk. "Het zegt heel veel. Het is een stereotype dat iemand zogenaamd hoger of lager is. Ik ben ook een student en ik denk niet dat ik slimmer of dommer ben. Ik ben 'gewoon' een student."

Het manifest van wethouder De Vries is inmiddels ondertekend door landelijke en regionale partijen, zoals de studentenraad van het mbo, het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS) en verschillende mbo-opleidingen.

Wat de wethouder betreft is het onderwerp niet afgedaan met dit manifest. Hij vindt dat er nog veel winst te behalen is wat betreft gelijkheid. "Dit gaat ook over samen het studentenleven ervaren en samen in de stad uit te gaan. Tot uiteindelijk de beloning en de waardering als je de arbeidsmarkt opgaat. Maar een eerste stap op die weg is die bewustwording en dat zit hem in taalgebruik."