Utrecht doet mee aan proef met digitale meldplicht voor voetbalsupporters

Deze gemeenten kunnen straks via een digitale meldplicht controleren of voetbalvandalen zich houden aan een opgelegd gebiedsverbod. Het moet ervoor zorgen dat mensen die eigenlijk niet in het stadion horen, daar ook niet binnen komen. Naar verwachting gaat de proef in november beginnen, aldus het ministerie van Justitie & Veiligheid. Het experiment houdt in dat meldplichtigen zich via een klein draagbaar kastje melden, waarna wordt geregistreerd als iemand zich niet aan het gebiedsverbod houdt. Identificatie vindt vooraf plaats door middel van een vingerafdruk.

De burgemeester kan zo'n gebiedsverbod opleggen aan mensen die de openbare orde hebben verstoord. Ook kan daar een meldplicht aan verbonden worden, om ervoor te zorgen dat iemand zich niet in het verboden gebied begeeft, bijvoorbeeld bij een voetbalstadion op het moment dat daar een wedstrijd wordt gespeeld. Nu moeten mensen met een meldplicht zich nog fysiek melden op een politiebureau, maar dat wordt in de praktijk weinig opgelegd. Het wordt beschouwd als een zwaar middel, dat soms niet in verhouding staat met de overtreding. Ook kost het de nodige capaciteit van de politie.

Met de digitale meldplicht gaat dat allemaal automatisch. Een verdachte kan zich melden via het draagbare kastje, een zogenoemde Mini-ID. Dat is wettelijk nu al mogelijk, maar wordt in de praktijk nog niet opgelegd omdat de techniek nog in ontwikkeling is. De proef nu moet uitwijzen of het systeem betrouwbaar en veilig is én de privacy van de gebruikers waarborgt.

De proef begint klein met enkele vrijwilligers en wordt daarna uitgebreid. In de eerste fase gaat het om tien vrijwilligers die een fictief gebiedsverbod krijgen en zich twee maanden lang op bepaalde momenten moeten melden. Er wordt dan bekeken of het technisch allemaal goed werkt. In de tweede testfase gaan personen meedoen die ook echt een gebiedsverbod met een meldplicht krijgen.