Meer auto's ondanks ontmoediging: waarom het voor Utrecht zo moeilijk is de auto de stad uit te krijgen

Utrecht - Van minder parkeerplekken tot overal betalen om je auto neer te zetten, de gemeente Utrecht wil graag minder autobezitters. Toch groeit het Utrechtse wagenpark al jaren. Waarom is het zo lastig de auto de stad uit te krijgen?
Het is een opvallende statistiek uit de mobiliteitsmonitor die de gemeente deze week uitbracht: het autobezit groeit harder dan het inwonertal. Utrecht telde op 1 januari 2022 300 auto's per 1000 inwoners, twee meer dan een jaar eerder en acht meer dan in 2020 en 2019. Tegelijkertijd groeit ook het aantal Utrechters en daarmee dus ook het aantal auto's in de stad.
"Opvallend", zegt een woordvoerder van de gemeente over de cijfers. "Maar we kunnen het natuurlijk ook niet verbieden." Bovendien rekent de gemeente pas vanaf 2026 op een daling, zo staat te lezen in het Plan van Aanpak Deelmobiliteit van vorig jaar. "Het is iets wat een lange adem nodig heeft."
Landelijke trend
Met dat laatste is hoogleraar Planologie Dick Ettema van de Universiteit Utrecht het eens. Hij vindt dat Utrecht het relatief goed doet, als je kijkt naar de landelijke cijfers. "298 naar 300, dat is dus eigenlijk gelijk gebleven. Terwijl autobezit landelijk toeneemt."
Daar zijn volgens hem meerdere redenen voor. "Een combinatie van stijgende inkomens, individualisering, kleinere huishoudens en een beetje covid", legt de hoogleraar uit.
Als jij je tante of oma ergens in een dorpje wil bezoeken, is een auto veel makkelijker
Dat Utrecht het goed doet, betekent niet dat het niet beter kan. Want als het aan de gemeente ligt, moet het aantal auto's uiteindelijk dalen. Geen makkelijke opgave, aldus Ettema. Waarom niet? "Heel simpel: een auto is gewoon heel handig."
Volgens de planoloog komt dat doordat heel veel plekken in Nederland nog altijd het makkelijkst te bereiken zijn met een auto. "Ook al woon je in Utrecht, met uitstekend openbaar vervoer en goede fietsvoorzieningen. Als jij je tante of oma ergens in een dorpje wil bezoeken of een hobby buiten de stad hebt, is een auto veel makkelijker."
Als vervoermiddel is de auto moeilijk te verslaan, vindt Ettema. "Mensen kiezen toch vaak voor gemak."
Niet de wortel, maar de stok
Toch kan je lokaal best wel wat doen om autobezit terug te dringen. De sleutel zit daar wat betreft Ettema vooral in parkeren. "Dat is de belangrijkste drijfveer. Maak je parkeren duurder en moeilijker, dan maak je de drempel op den duur zo hoog dat inwoners van de auto afstappen."
Dat is precies waar de gemeente al mee bezig is. Vorig jaar november werd bekend dat Utrecht als eerste stad in Nederland betaald parkeren gaat invoeren in de hele gemeente. In 2034 moet dat in alle wijken het geval zijn. Daarnaast verdwijnen er ook ieder jaar parkeerplekken in de binnenstad en worden sommige nieuwbouwprojecten bewust onaantrekkelijk gemaakt voor autobezitters. "Zoals bij de Merwedekanaalzone", noemt Ettema als voorbeeld
Dat soort maatregelen werken volgens de hoogleraar beter dan alternatieven voor de auto aanbieden. "Die zijn er al, maar worden niet gebruikt. Deelauto's bijvoorbeeld, dat zien mensen niet als volwaardig alternatief. Met de wortel ga je het niet redden, je hebt toch die stok nodig."
Meer Utrechters, meer auto's
Gezien de verwachte groei van het aantal inwoners in Utrecht lijkt verandering onvermijdelijk. Nu zijn er ongeveer 360.000, in 2040 waarschijnlijk zo'n 470.000. Als het percentage autobezitters gelijk blijft, betekent dat een toename van 33.000 auto's.
Dat wordt moeilijk, denkt Ettema. "Met de duurzaamheids- en gezondheidsambitie zal dat toch wat omlaag moeten. En er moet ook ruimte zijn voor al die auto's." Maar zoals de planoloog zelf al zei, makkelijk wordt dat niet. Daarvoor is een auto simpelweg te handig.