Utrechtse Valentijn (37) dreigt dakloos te worden en schrijft gedicht voor burgemeester Dijksma

Utrecht - De Utrechtse Valentijn van Urk (37) moet in september zijn huis verlaten. Ondanks zijn baan als sommelier in "een goed restaurant" lukt het hem niet een huis te vinden. Om zijn wanhoop te uiten heeft hij een gedicht geschreven voor burgemeester Sharon Dijksma.
Valentijn is vanaf september economisch dakloos. Wanneer je economisch dakloos bent heb je wel een baan en een inkomen, maar geen thuis en een dak boven je hoofd. Valentijn van Urk werkt 45 uur per week als sommelier en daar zou hij normaal prima van kunnen leven. Maar hij moet vanaf september zijn huis uit en een ander huis kan hij niet vinden. Terwijl hij netjes belasting betaalt en zijn huur ook altijd op tijd heeft betaald.
De huurprijzen zijn hoog, maar dat is niet zijn grootste obstakel. Hij kan niets vinden "omdat er absurde eisen gesteld worden door verhuurders", vertelt hij. Daar moet wat veranderen, vindt hij, want "dat wordt nog altijd oogluikend toegestaan. Dat blijkt wederom als ik nu ik na jarenlang gelukkig in Utrecht te hebben gewoond, op zoek moet naar iets nieuws."
Gedicht voor de burgemeester
"Laat duidelijk zijn dat ik van burgemeester Dijksma een hoge pet op heb", waarschuwt Valentijn. Hij zegt niet het type te zijn "dat z'n handen aan een bureau wil hoeven lijmen". Omdat hij amateurdichter is en regelmatig gedichten schrijft, koos hij ervoor zijn boodschap in een gedicht te gieten.
Dat gedicht neemt wethouder wonen Dennis de Vries op 28 augustus in ontvangst namens het college van burgemeester en wethouders. Daar is Valentijn heel dankbaar voor. Met het gedicht wil hij vooral benadrukken dat er "nogal bekrompen" gedacht wordt over wonen in Nederland. Volgens Valentijn is dat de oorzaak van het beleid, dat hij "behoorlijk halfbakken" vindt.
Ergens hoop ik dat er misschien iemand dit leest, die denkt: ik heb wel een plek
"Je ziet hoe grillig die woningmarkt is. En markt is eigenlijk per definitie het verkeerde woord als je het mij vraagt." Waarom? "Omdat iedereen een dak boven zijn hoofd verdient. Wonen is een recht." Maar Valentijn is niet veeleisend. "Er zijn veel meer opties dan het verhaal van huisje-boompje-beestje waar de makelaars ook nog altijd op gefixeerd zijn. Dat vind ik jammer." Hij wil gewoon een huis, desnoods met een huisgenoot.
Woningnood
Een wetboek, een man,
ze doen wat er kan
maar hemel,
wat is er een potje van gemaakt.
Nooit werd er zoveel gekraakt.
Wie kijkt er weg, kijkt er toe,
kijkt hoe de volgende
dakloze vlucht
in een systeem dat zichzelf
van binnenuit uitholt,
de ellende uitrolt
over de stad.
Wonen een recht, is gezegd
maar recht kan ook krom zijn
langs verlegde Rijn,
waar nog een enkeling zucht.
Burgemeester, moeder,
laat uw kind toch niet stikken,
eigen wonden likken;
doe toch eens wat.
Een breder en een persoonlijk doel
Valentijn schreef het gedicht in de eerste plaats om de urgentie van het probleem aan te kaarten. Hij hoopt dat het uiteindelijk burgemeester Dijksma bereikt, "en dat het op haar bureau een mooi plekje krijgt". Als herinnering aan de mensen die door de stad dolen zonder vaste verblijfplaats. Maar dat is niet de enige reden. "Op persoonlijke noot hoop ik dat er misschien iemand dit leest - dan wel een huisgenoot, dan wel een verhuurder - die denkt: dit verhaal grijpt me wel aan, en per 1 september heb ik wel plek voor deze sommelier die een woning zoekt."
Ik hoop dat ik de stad ook iets terug kan blijven geven.
De kans bestaat dat Valentijn wordt gedwongen uit Utrecht te verhuizen. "Ik woon hier nu 6 jaar en kom hier al sinds ik een kleine jongen ben. Ik weet nog dat we pannenkoeken gingen eten in de oude muntkelder." Daarom hoopt hij dat dat niet nodig zal zijn. "Ik hoop dat ik de stad ook iets terug kan blijven geven."