Grote gemeenten lopen nog niet warm voor boa’s met wapenstokken, ook Amersfoort en Utrecht niet

De twee Utrechtse gemeenten geven beiden aan hun boa’s niet uit te willen rusten met een wapenstok. Daarin staan ze niet alleen, want dertien andere gemeenten hebben hetzelfde antwoord gegeven. Elf gemeenten lieten weten nog te twijfelen, terwijl boa’s in zes gemeenten al een wapenstok hebben of deze snel zullen krijgen.

Sinds juli van dit jaar mogen boa’s een wapenstok toevoeging aan hun uitrusting. De vakbonden voor de opsporingsambtenaren vroegen hier al langer om, zeker nadat de agressie tegen boa’s toenam toen zij moesten controleren op de naleving van de coronamaatregelen. Maar daarvoor moet de lokale driehoek van politie, justitie en burgemeester wel een vergunning aanvragen bij de minister van Justitie.

Veel gemeenten hebben besloten dat in ieder geval voorlopig nog niet te doen. Burgemeester Dijksma van Utrecht liet eerder al weten geen voorstander te zijn van de maatregel. “Ik vind het belangrijk dat het geweldsmonopolie bij de politie ligt.”

Ruud Kuin, voorzitter van de Nederlandse Boa Bond noemde dat destijds achterhaald. "Als we mensen de taak geven om te handhaven, is het naïef om te denken dat je dat zonder middelen kunt doen”, zei hij. Desondanks is hij wel tevreden met de uitkomst van dit onderzoek, omdat het laat zien dat veel gemeenten al weten dat ze een wapenstok in gaan voeren of hier mee bezig zijn.

Wel vindt hij dat de aanvraag voor gemeenten makkelijker gemaakt moet worden. Die stuiten nu nog op te veel bureaucratie. Daar is ook Richard Gerritsen, voorzitter van de vakbond BOA ACP, het mee eens. “We zijn teleurgesteld over de extra informatie die nodig is. De bureaucratie vertraagt de boel.”

Of die bureaucratie één van de redenen is waarom veel gemeenten geen wapenstok voor boa’s willen of daar nog over twijfelen, wordt uit de rondgang niet duidelijk.