Stikstofbemiddelaar Remkes: honderden piekbelasters opkopen, in sommige gevallen uitstel

© NPO
Utrecht - Het kabinet moet "de staat van de natuur" meer centraal gaan stellen in plaats van vooral naar stikstofcijfers te kijken, vindt bemiddelaar Johan Remkes. Wat hem betreft moet wel worden vastgehouden aan de stikstofdoelen voor 2030, maar moet het in sommige gevallen ook mogelijk zijn om meer tijd te nemen.
Als in een gebied bijvoorbeeld het natuurherstel "voldoende op koers ligt en het resterende probleem met iets meer tijd via natuurlijk verloop kan worden opgelost", dan moet uitstel wat Remkes betreft mogelijk zijn. De stikstofadviseur raadt aan om 2025 en 2028 als "ijkmomenten" te kiezen, om te kijken hoe de vlag er dan bij hangt. Uitstel mag dan wel alleen om "dwingende inhoudelijke redenen", politieke afwegingen mogen geen rol spelen, benadrukt Remkes.

Piekbelasters

Remkes ziet voor de korte termijn "geen andere route" dan gerichte uitkoop van 500 tot 600 bedrijven, zowel in de landbouw als daarbuiten, die veel stikstofneerslag in de natuur veroorzaken. Liefst vrijwillig, maar als dat niet lukt gedwongen. De compensatie moet "zo ruimhartig mogelijk" worden.
Of het ook gaat om piekbelasters in de provincie Utrecht is nog niet duidelijk. Overbelasting met stikstof speelt in onze regio vooral in Botshol tussen Abcoude en Waverveen en het Binnenveld tussen Utrechtse Heuvelrug en de Gelderse stuwwallen. In de andere zeven zogenoemde Natura 2000-gebieden is dit in beperkte mate het geval.
Opvallend is dat het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) maandag nog met een rapport kwam waarin staat dat het kabinet onrealistische verwachtingen heeft over het uitkopen van boeren. Het onteigenen moet leiden tot een afname van "tientallen" procenten van de veestapel, maar die aanname klopt niet, meent het PBL. De onderzoekers analyseerden de uitkoopregelingen van de afgelopen 25 jaar. Daaruit blijkt dat er na een regeling vaak slechts "enkele procenten" minder dieren zijn.
Landbouworganisatie LTO Nederland onderschrijft dat grootschalige gedwongen uitkoop in de praktijk niet gaat werken en juridisch kwetsbaar is. Daarbij kan gedwongen uitkoop ook voor maatschappelijke spanning zorgen. De landbouworganisatie wijst erop dat een uitkoopproces jaren duurt en dat de benodigde kennis ertoe bij de overheid ontbreekt. LTO pleit voor meer maatwerk en perspectief.
Naar aanleiding van het rapport-Remkes gaat de landbouworganisatie een ledenraadpleging organiseren.
Bemiddelaar Remkes ziet een toekomst voor zich met "minder agrarische bedrijven". Volgens hem zullen "nieuwe vormen van landbouw groot moeten worden". De sector moet "in lijn worden gebracht" met de eisen op het gebied van klimaat, dierenwelzijn, water, bodem, gezondheid en cultuur, somt Remkes op. Toch blijft er dan volgens hem ruimte voor een "sterke en bloeiende agrarische sector".

Kaartje en KDW niet heilig

Wat Remkes betreft moet wel aan "een groot aantal wensen" van de landbouw tegemoet worden gekomen. Zo zou de kritische depositiewaarde (KDW), een benadering van de stikstofconcentraties die natuurgebieden aankunnen, op termijn uit de wet kunnen. Ook het veelbesproken kaartje uit de eerste plannen van minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) moet van tafel, stelt Remkes. Op de kaart was per gebied aangegeven met hoeveel procent de stikstofuitstoot moet worden verminderd. Van der Wal zei al eerder dat de kaart "indicatief" is.
Remkes benadrukt dat zijn rapport "een denklijn is" en geen definitief plan. Liefst komt er wat hem betreft in overleg met de sector een veelomvattend 'landbouwakkoord' voor de toekomst. De sector moet perspectief worden geboden, benadrukt hij verder. Wat de bemiddelaar betreft moet er een "nationaal innovatieprogramma" komen, want vernieuwingen in de sector zijn de komende jaren wel degelijk "een serieuze oplossing" volgens Remkes. Hij voegt eraan toe dat hij beseft dat het "ingewikkelde en emotionele keuzes zijn, die ondernemers direct raken".
In het rapport wordt ook een oplossing voorgesteld voor 2500 boeren die eerder een melding deden over hun stikstofuitstoot, maar nog altijd zonder vergunning zitten. Zij moeten die vergunning alsnog met voorrang krijgen. Die groep staat bekend als de zogeheten PAS-melders.

'Halveren veestapel buitengewoon onverstandig en polariserend'

Remkes noemt politieke pleidooien voor het halveren van de veestapel "buitengewoon onverstandig en polariserend". In zijn eigen woordenboek komt het woord 'halveren' niet voor, zegt hij.
Remkes, zelf een vooraanstaand VVD'er, noemde geen partijen bij naam, maar in politiek Den Haag heeft vooral coalitiepartij D66 herhaaldelijk gepleit voor zo'n halvering van de hoeveelheid vee, die veel ammoniak uitstoot. Volgens de bemiddelaar lijkt het willen halveren van de veestapel soms wel "een geloofsartikel". Dat is hij "van een pragmatische partij niet zo gewend".