Begroting Utrecht: ‘Fors hogere lasten voor inwoners’

© RTV Utrecht / Marc van Rossum du Chattel
Utrecht - Utrechters gaan meer betalen aan lokale lasten. Dat blijkt uit de programmabegroting voor 2023 die vandaag is gepresenteerd. Met name de onroerendezaakbelasting gaat omhoog, maar ook de parkeertarieven worden verder opgeschroefd, en bezoekers van de stad betalen volgend jaar meer toeristenbelasting. Met het geld wil het college de groei van de stad financieren.
De begroting van Utrecht over 2023 betreft een bedrag van 1,7 miljard euro. Twee derde van dat bedrag komt van het Rijk. Slechts een vijfde deel van de totale begroting wordt opgebracht door de inwoners van de stad zelf. Maar die één vijfde is ook het enige deel van de inkomstenkant waar de gemeenteraad direct invloed op heeft. Om extra inkomsten te genereren, moeten dus de lokale belastingen verhoogd worden.
Wethouder Susanne Schilderman schrijft in de begroting: “Met name de oorlog in Oekraïne heeft veel maatschappelijke impact.” Ze verwijst naar de opvang van vluchtelingen, en verder zegt ze: “Daarnaast heeft het conflict grote impact op de economie. De sterk stijgende energiekosten zijn een belangrijke aanjager van de hoogste inflatie sinds 1975. Dit raakt mensen die niet veel te besteden hebben hard in de portemonnee.”

Onroerendezaakbelasting

Die hoge inflatie wordt niet alleen veroorzaakt door de oorlog in Oekraïne, maar ook door de krapte op de arbeidsmarkt. Door de inflatie hebben gezinnen gemiddeld 12 procent minder te besteden dan vorig jaar. Stijgen de prijzen in de supermarkt dus gemiddeld met 12 procent; de lokale lasten stijgen veel sneller. Utrecht verhoogt de ozb met 21 procent.
Wethouder Susanne Schilderman overhandigt de begroting aan raadslid Has Bakker (Beide D66)
Wethouder Susanne Schilderman overhandigt de begroting aan raadslid Has Bakker (Beide D66) © RTV Utrecht / Marc van Rossum du Chattel
Over de inkomsten die vanuit het Rijk komen bestaat onzekerheid, zo blijkt uit de begroting. “Door een korting op het gemeentefonds in het regeerakkoord bestaat vanaf 2026 grote onzekerheid over de inkomsten.” Tot dat jaar zijn de gemeentelijke uitgaven op orde, zegt de wethouder. Maar vanaf 2027 zijn er structurele tekorten, vreest ze. “Dit beperkt de mogelijkheid om voor lange termijn extra in te zetten om de effecten van de drie crises te verminderen.”

Kritische oppositie

De grootste oppositiepartij VVD reageert geschokt op de begroting, die als een donderwolk op Utrecht af komt. “In tijden van torenhoge inflatie presteert dit linkse stadsbestuur het om ook nog eens een peperdure rekening bij onze inwoners neer te leggen”, zegt fractievoorzitter Marijn de Pagter. “Dat is ongekend en komt keihard aan bij onze inwoners.” Ook het tekort dat ontstaat vanaf 2027 noemt de partij rampzalig. “Dit college neemt geen verantwoordelijkheid maar schuift dit tekort door naar de toekomst. Volkomen onverantwoord.” Ook DENK zit in de oppositie. Fractievoorzitter Mahmut Sungur vat de begroting kort samen: ““Het zijn slechte keuzes, inwoners met een auto, jongeren en grote gezinnen worden de stad uitgedreven”
De wethouder schrijft in de begroting dat er op dit moment nog niets van een economische crisis is te merken: “Het gaat goed met Utrecht, maar we leven in onzekere tijden, financieel maar ook maatschappelijk en dat raakt ook onze inwoners."

Extra investeren

Uit de uitgave-kant van de begroting spreekt juist optimisme. Dit college is van plan om extra te investeren in de aanpak van de groeiende kansenongelijkheid, de woningnood en de klimaatcrisis. Zo schrijft het college dat er 3000 reguliere woningen bijkomen in 2023. De begroting is een financiële vertaling van het coalitieakkoord dat GroenLinks, D66, PvdA, Student & Starter en ChristenUnie voor de zomer sloten. En daarom staat in de begroting: “In 2023 gaat een bedrag van 46 miljoen euro extra naar parken, sportplekken, fietsroutes en fietsenstallingen, schoolgebouwen en meer groen in de stad.”
Ook wordt er met de begroting een kostbare rekenfout uit het coalitieakkoord hersteld. Een vurige wens van de PvdA is dat woningcorporaties niet langer sociale woningen verkopen. Die wens gaat in 2023 in vervulling, maar dat kost wel een paar miljoen aan gemiste inkomsten. Dat was niet voorzien in het coalitieakkoord.
Het CDA is kritisch op die blunder. Fractievoorzitter Jantine Zwinkels heeft wel begrip voor de moeilijkheden die het college heeft, in een tijd met prijsstijgingen en onzekerheden. “We zien tegelijkertijd dat er tegenvallers ontstaan door misstappen in het coalitieakkoord. Er wordt nu gekozen om deze knelpunten op te lossen door de lokale lasten te verhogen”, zegt Zwinkels. “Wij vragen ons af of het college ook serieus heeft overwogen om haar eigen ambities bij te stellen.”
Het gaat goed met Utrecht, maar we leven in onzekere tijden, financieel maar ook maatschappelijk en dat raakt ook onze inwoners.
Wethouder Susanne Schilderman (D66)
Een oude wens van met name GroenLinks en D66 is om het reizen te voet, met het ov en per fiets verder te stimuleren. Dit college trekt daar extra geld voor uit. Dat wordt betaald door de parkeertarieven voor auto’s te verhogen en het betaald parkeren versneld in volgende delen van de stad in te voeren. Ondertussen stelt de gemeente vast dat de afgelopen jaren veel minder mensen met het ov naar de binnenstad zijn gekomen, en dat het autogebruik richting de binnenstad juist is toegenomen. Het college wijt dat aan corona, maar vindt het een slechte ontwikkeling. Het aantal auto’s dat naar de binnenstad komt moet met zo’n 40 procent afnemen, is de doelstelling. “Een lager aandeel is niet realistisch omdat een klein deel van de inwoners van de auto afhankelijk is of, ondanks de beschikbaarheid van alternatieven, toch de auto verkiest.” Daarom komen er knips voor auto’s op diverse plekken in de stad, onder meer op het Ledig Erf.