FC Utrecht ziek van groep raddraaiers: 'Uiterst sneu als mensen niet meer naar het stadion willen komen'

Utrecht - Vuurwerkbommen, bierdouches en oerwoudgeluiden. Bij FC Utrecht zijn ze er helemaal klaar mee. Een groep raddraaiers verziekt week in week uit de sfeer. De club greep vandaag in met een reeks stadionverboden. Het stoppen van de raddraaiers is een kwestie van de lange adem, zegt algemeen directeur Thijs van Es. "De historie leert dat er altijd golfbewegingen zijn in dit soort gedragingen. Ik ben ervan overtuigd dat het op een gegeven moment weer rustiger zal worden, maar het is niet eventjes snel opgelost." Samenwerken en in gesprek blijven, is essentieel, vindt Van Es.
Of stadionverboden volledig helpen is de vraag, beseft de FC Utrecht-directeur. "Het is nooit helemaal waterdicht. Het kan zijn dat mensen toch binnen weten te komen. Daarom is de samenwerking met de politie en het OM heel belangrijk. Je moet daarbij kijken of je gebiedsverboden en landelijke stadionverboden kan opleggen." Een meldplicht voor mensen met een stadionverbod, behoort wat Van Es betreft ook tot de mogelijkheden. "Je moet goed kijken hoe deze maatregelen kunnen bijdragen aan een betere naleving, maar wij willen het graag waterdicht maken."
FC Utrecht-directeur Thijs van Es zegt 'ziek' te zijn van de groep raddraaiers bij zijn club
Contact met jongerenwerk
Wat is er aan de hand en wie zijn de relschoppers? Is er sprake van excessief drugsgebruik, leeft er onvrede bij een klein deel van de fans? FC Utrecht heeft daarover intensief contact met de achterban. "We hebben al jaren gesprekken met onze supportersverenigingen, maar werken bijvoorbeeld ook samen met jongerenwerkers en we hebben re-integratietrajecten. Je bent als club non-stop bezig met je mini-maatschappij. Daar hebben we een uitgebreid team voor."
Van Es hoort niet per se geluiden dat aanhangers ontevreden zijn over het clubbeleid, zegt hij. Maar mocht dat zo zijn, dan is zijn boodschap: "Kom in gesprek, praat met ons, de deur staat altijd open. We mogen verschillend zijn, we hoeven het echt niet allemaal met elkaar eens te zijn."
Supporters weren bij uitwedstrijden
Van uit-fans weren, is Van Es geen voorstander. "Ik vind dat je zoveel als kan met supporters moet blijven spelen, daar doe je het voor. Er is in de breedte wat aan de gang in de maatschappij dat wordt ook steeds meer zichtbaar in de stadions, maar uiteindelijk moeten de voetbalburgemeesters het natuurlijk wel beheersbaar kunnen houden. Mijn grootste zorg is dat je in een stadium komt dat dit soort voorwaarden gesteld gaan worden. Je wil niet dat de goeden lijden onder de kwaden."
De incidenten van de afgelopen weken beschadigen niet alleen het clubimago, ze zorgen ook voor twijfels bij goedwillende fans. Mensen met kinderen bijvoorbeeld. "Het is uiterst droevig en sneu als mensen niet meer naar het stadion willen komen. Ze komen hier los van het voetbal ook om vrienden te ontmoeten, er zit een hele historie aan vast. Er zijn bijvoorbeeld supporters die al met hun ouders gingen en nu met hun eigen kinderen. Ik snap heel goed dat mensen die veiligheidsgevoelens hebben en daarom is het ook zo belangrijk om hier consequenties aan te verbinden. Dit leidt af van waar we werkelijk voor staan: een topsportclub zijn vanuit het hart, waar de gemeenschap en inclusiviteit vooropstaan. Een club die in de top-6 wil presteren."
De directeur van FC Utrecht wil benadrukken dat 95 procent van de supporters van goede zin is en schande spreekt van de misdragingen. "Er is vaak ook wel een heel goede sfeer in het stadion en we hebben ook de mensen om de veiligheid te garanderen. Iedereen is welkom. Iedereen mag denken en vinden wat hij wil, maar een ding mag niet: andere mensen pijn doen. Wij blijven vasthouden aan onze koers; het aanpakken van individuen die zich misdragen."