Na vossen legt rechtbank ook het afschieten van zwijnen en zwanen stil, reeën wel toegestaan

© RTV Utrecht
UTRECHT - Het afschieten van wilde zwijnen en knobbelzwanen in de provincie Utrecht moet voorlopig stoppen. Het afschieten van reeën mag wél doorgaan. Dat heeft de rechtbank Midden-Nederland beslist. Vorige week legde de bestuursrechter al het afschot van vossen stil, tot teleurstelling weidevogelbeschermers in de Eempolder.
De provincie Utrecht had aan de faunabeheereenheid in Utrecht een ontheffing verleend voor het afschieten van wild. Gevreesd werd dat als er eenmaal wilde zwijnen in Utrecht zijn, zij zich zó snel voortplanten dat ze schade gaan aanrichten en ziektes kunnen verspreiden. Enkele stichtingen die opkomen voor dieren en dierenrechten waren het daar niet mee eens. De rechtbank is het met hen eens dat de aanname onvoldoende onderbouwd is en dat het nulstandbeleid - geen groepen wilde zwijnen buiten de Veluwe en twee gebieden in Limburg - niet altijd gehanteerd hoeft te worden.

'Belangrijke schade'

Het provinciebestuur verleende een ontheffing voor het afschieten van knobbelzwanen om belangrijke schade aan grasland door begrazing te voorkomen. De rechtbank moest in deze zaak de vraag beantwoorden wanneer sprake is van 'belangrijke schade'. De lijn is 250 euro per geval, per bedrijf, per jaar, maar de rechtbank oordeelt nu dat die lijn niet meer gevolgd moet worden. Het begrip 'belangrijke schade' komt uit de Europese Vogelrichtlijn.
Volgens de Europese Commissie moet er meer aan de hand zijn dan gewoon ongemak. Daarom kan het volgens de rechtbank niet zo zijn dat 250 euro schade aan grasland in álle gevallen onder ‘belangrijke schade’ valt. Enkel het argument dat een ontheffing voor het afschieten van knobbelzwanen nodig is om belangrijke schade aan grasland te voorkomen, is onvoldoende onderbouwing.

Reeën

De ontheffing voor het afschieten van reeën is verleend vanwege de verkeersveiligheid. De rechtbank vindt dat het provinciebestuur voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er een relatie is tussen de hoeveelheid reeën in de provincie en het aantal verkeersongevallen. Er zijn bovendien eerst ook andere maatregelen getroffen, zoals het beperken van de verkeerssnelheid en de bouw van ecoducten. De stichtingen krijgen daarom in deze zaak geen gelijk.