OM eist tot 12 jaar cel voor verdachten martelcontainer, zaak tegen ernstig zieke Utrechter Robin van O. uitgesteld

UTRECHT - In de zaak rond de zogenoemde martelcontainer in het Brabantse Wouwse Plantage heeft het Openbaar Ministerie celstraffen geëist tot twaalf jaar. De hoogste eis was voor hoofdverdachte Roger P. (50), volgens het OM "de onbetwiste leider" van de even bizarre als griezelige criminele onderneming. Een andere hoofdverdachte in de zaak is de 41-jarige Robin van O. uit Utrecht. Hij hoorde vandaag geen strafeis. Zijn zaak is uitgesteld omdat hij ernstig ziek is.
Hoofdverdachte P. staat met tien anderen terecht in het proces. De mannen bouwden volgens justitie zes zeecontainers om tot geluiddichte gevangeniscellen. De zevende container was ingericht als martelkamer. Op een oude tandartsstoel konden slachtoffers worden vastgebonden. De vermoedelijke bende had in een loods in Rotterdam een paar snelle auto's gestald, die zouden worden gebruikt voor ontvoeringen. Ook zijn er onder meer politie-uniformen gevonden. Tegen P.'s medeverdachten eiste het OM straffen van een jaar (waarvan een deel voorwaardelijk) tot negen jaar. Vanaf morgen pleiten de advocaten van de verdachten.

Ruzie over cokemiljoenen

De achtergrond van het sinistere project zou een ruzie over criminele miljoenen zijn. De zaak "getuigt van de weerzinwekkende, maar kennelijk niet te vermijden effecten van de cocaïnehandel", aldus het OM. "Het gaat om heel veel geld, om soms bijna dierlijk geuite macht, om gekrenkte trots, om de waan van onaantastbaarheid."
De zaak kwam in 2020 aan het licht, dankzij een justitiële hack van cryptoservice Encrochat. De politie kon daarmee de gangen van de verdachten daardoor een tijd lang live volgen. "En als ze niet meewerken, gelijk in de knie", schreef 'Slempo' (volgens het OM is dat Robin van O.) aan Luxuryballoon (Roger P.). Slempo wilde ook zo snel mogelijk beginnen: "Geen genade".

Utrechter Robin Van O.

Van O. zei bij een eerdere zitting onschuldig te zijn. Hij riep de media toen op voorzichtig te zijn met het publiceren van "onjuistheden en speculaties". "Er zijn vijanden gecreëerd die niet eens bestonden", zei de Utrechter in zijn korte verklaring. Van O. werd in 2018 door de politie gewaarschuwd dat hij op een dodenlijst stond. Zo werd zijn sportschool EliteFit in Utrecht beschoten. Hij meent dat de politie hem vervolgens aan zijn lot heeft overgelaten en dat hij daardoor was aangewezen op criminele contacten om degenen die het op hem hadden voorzien "een stap voor te zijn".