Hoge Raad: Utrechtse invoering ja-ja-sticker voor huis-aan-huisbladen onrechtmatig

© geenreclameontvangen.nl
UTRECHT - De gemeente Utrecht mag inwoners niet verplichten om een ja-ja-sticker op de brievenbus te plakken als ze graag een huis-aan-huisblad willen ontvangen. De gemeente hoopte met die regel de hoeveelheid papierafval te verkleinen, maar de Hoge Raad oordeelt dat de regel in strijd is met de persvrijheid.
De Hoge Raad bevestigt daarmee de uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat eerder wees op de onrechtmatigheid van de sticker.

Voor het milieu

In Utrecht geldt per 1 januari 2020 de regel dat ongeadresseerde reclame alleen bezorgd mag worden als er een ja-ja-sticker op de brievenbus zit. Meer gemeenten hebben de afgelopen tijd deze maatregel genomen om de strijd aan te gaan met papierafval.
Anders dan in andere gemeenten vond Utrecht dat ook huis-aan-huisbladen onder de nieuwe regels moesten vallen, tot onvrede van de bladen die daardoor flink wat lezers vreesden te verliezen. De uitgever van het huis-aan-huisblad Stadsblad Utrecht spande daarom een kort geding aan. Ook ging er een brandbrief naar minister Arie Slob (Media) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten waarin stond dat het "de doodsteek voor de onafhankelijke lokale journalistiek" zou worden.
Het gerechtshof oordeelde dat het besluit van Utrecht in strijd is met de vrijheid van meningsuiting, waaronder de persvrijheid. De gemeente ging daar tegen in cassatie waar door de Hoge Raad zich er over moest buigen. De Hoge Raad is het eens met het hof en oordeelt dat het Utrechtse plan inderdaad onrechtmatig is.
Voor inwoners verandert er weinig: Utrecht kwam tijdens de cassatieprocedure al terug van het eigen besluit en besloot op 1 oktober 2020 al dat iedereen weer een huis-aan-huisblad zou ontvangen. Bovendien bestaat het Stadsblad, dat bezwaar maakte tegen de keuze van de gemeente, inmiddels niet meer.