Ruim 100 burgemeesters roepen Mark Rutte op om Moluks leed te erkennen
PROVINCIE UTRECHT/VIJFHEERENLANDEN - Ruim honderd burgemeesters hebben deze week een brief naar premier Mark Rutte gestuurd. Zij willen dat hij een gebaar maakt richting de Molukse gemeenschap om het leed te herkennen dat hen is aangedaan. Tot de initiatiefnemers van de brief behoren onder meer Sjors Fröhlich van Vijfheerenlanden en Victor Molkenboer van Woerden.
Fröhlich en Molkenboer riepen de regering enkele weken geleden samen met negen andere burgemeesters ook al op om het leed te erkennen. Om die boodschap kracht bij te zetten is nu een nieuwe brief gestuurd, ondertekend door een grotere groep burgemeesters.
'Zóveel verdriet'
De Molukkers vochten na de Tweede Wereldoorlog voor Nederland tegen de Indonesiërs die onafhankelijk wilden worden. De Indonesiërs wonnen, maar lieten de vierduizend Molukse soldaten niet teruggaan naar de Molukse eilanden, want die wilden zich afscheiden van Indonesië.
Op dertien schepen werden de Molukse soldaten uiteindelijk met hun families naar Nederland vervoerd. Daar moesten ze wonen in oude concentratiekampen die waren omgebouwd tot woonoorden. Zowel Nederland als de Molukkers gingen ervan uit dat de Molukkers op korte termijn terug naar huis konden maar dat is nooit succesvol gebeurd.
Verschillende Molukkers strijden nog tot op hoge leeftijd voor erkenning, zoals Fien (91) uit Leerdam. "Je ziet zo vaak in de media verhalen verschijnen over hoe we toen zijn behandeld, maar eigenlijk kun je je alleen inbeelden hoe het was als je het zelf hebt meegemaakt", vertelde zij eerder.
"Je moet je indenken: wij hadden gevochten voor de Nederlandse driekleur. Werden daarna gedwongen om naar Nederland te komen. En toen we hier eenmaal waren, werden we niet als Nederlanders behandeld. M'n vader moest bijvoorbeeld gelijk zijn KNIL-status afgeven. Dat we ineens geen status meer hadden, bracht zóveel verdriet."
Tijd voor erkenning
Burgemeester Molkenboer van Woerden gaf ook al aan dat het wat hem betreft meer dan tijd wordt voor erkenning nu de Molukkers al 70 jaar in Nederland zijn.
"Het gaat om erkenning van de slechte behandeling en slechte opvang destijds", zegt Molkenboer. "Dat is nooit echt erkend en dan is het moeilijk om naar de toekomst te kijken. Het gaat wel steeds beter met de Molukse gemeenschap. Maar jongeren in Molukse gemeenten voelen zich soms nog geïsoleerd." Een slechte zaak, aldus Molkenboer.
In de brief van de burgemeesters staat een concrete oproep om een duidelijk gebaar te maken en het leed dat de Molukkers is aangedaan te erkennen. "Een dergelijk gebaar zal zeker bijdragen aan een betere samenwerking met de Molukse gemeenschappen in de respectievelijke gemeenten", schrijven de burgemeesters.
