Voorlichting aan studenten moet beter, deel laat beurs onbenut

© Stocksnap, Pixabay
UTRECHT - Aankomende studenten zouden al op de middelbare school voorlichting moeten krijgen over de studiefinanciering. Dat zeggen de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) en het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO). Veel studenten blijken nu geen aanvullende beurs aan te vragen, terwijl ze daar wel recht op hebben.
Lyle Muns, voorzitter van de LSVb noemt het een "kwalijke zaak". Hij denkt dat het komt door gebrek aan voorlichting. Ook ISO-voorzitter Dahran Çoban spreekt van gebrekkige voorlichting: "Het systeem van de studiefinanciering laat studenten in de steek, gebrek aan informatie kost deze studenten duizenden euro's op de lange termijn."

Aanvullende beurs

Een kwart van de eerstejaarsstudenten in het hoger onderwijs die recht hebben op een aanvullende beurs, maakt daar geen gebruik van. Daardoor lopen 8650 studenten naar schatting gemiddeld 175 euro aan maandelijkse beurs mis. Het Centraal Planbureau, dat onderzoek deed naar het onderwerp, noemt het opvallend dat een aanzienlijk deel van deze studenten wel leent bij uitvoeringsorganisatie DUO. "Terwijl de voorwaarden voor de lening veel minder gunstig zijn dan die van de aanvullende beurs. Deze groep leent dus mogelijk onnodig geld", aldus het CPB.
Het ISO zegt dat ze deze zomer daarom studenten zelf al voor is gaan lichten, via de website 'Tante DUO weet Raad'. "Het moet voor DUO en het ministerie geen enorme opgave zijn om alle studenten juist te informeren, desnoods al op de middelbare school", aldus voorzitter Çoban.

Zorgelijk

Onderwijsminister Ingrid van Engelshoven noemt de CPB-cijfers ook "zorgelijk". Zij laat weten dat de DUO de aanvullende beurs meer onder de aandacht gaat brengen bij alle studenten, "Dit moet gewoon beter." De minister roept ook studenten die niet zeker weten of zij zo'n beurs kunnen krijgen op om toch een aanvraag te doen. DUO berekent dan of zij er recht op hebben. "Bij twijfel, doen dus."
De aanvullende beurs is bedoeld voor het financieel ondersteunen van studenten met ouders met een lager inkomen. Hiermee wil de overheid de toegankelijkheid van het onderwijs waarborgen. De hoogte is afhankelijk van het inkomen van de ouders en nog een aantal andere factoren. Het maximale bedrag kan oplopen tot ongeveer 400 euro per maand. Als de student binnen tien jaar een diploma haalt, wordt de beurs omgezet in gift. Dit in tegenstelling tot een lening, die altijd moet worden terugbetaald. In totaal maken zo'n 29.200 eerstejaarsstudenten in het hoger onderwijs gebruik van een aanvullende beurs.