Wayne Tessels na uitvalbeurt in Le Mans: 'De hele voorkant was krom'

LOPIK - In de schaduw van de Tour de France vond er dit weekend nog een groot sportevenement plaats dat door de coronacrisis op de lange baan was geschoven. De 24 uur van Le Mans. Niet de legendarische race voor auto's, maar de niet veel minder bezochte versie voor motoren. Publiek was deze jaargang echter niet welkom.
Wayne Tessels was blij dat het evenement desondanks de afwezigheid van de fans - normaal toch zo'n 120-duizend man - toch door kon gaan. De coureur uit Lopik stond voor de 3e keer aan de start in de Superstock-klasse bij de prestigieuze race in Frankrijk, maar net als in 2017 en 2019 kwam hij niet aan de finish.
Het was levensgevaarlijk wat die gast deed
Wayne Tessels
"Het was echt stomme pech", vertelt Tessels, die zondagavond alweer in Lopik arriveerde. "Iemand voor ons was gevallen. Zijn motor lag op de baan en zelf bleef hij ernaast staat. Levensgevaarlijk! En toen kwam mijn teamgenoot eraan. De coureur voor hem kon ze nog ontwijken, maar hij niet." Tessels, die zijn motor tijdens 24-uur races met twee andere coureurs deelt was blij dat hij zelf niet op de motor zat. "Het was een mega harde klap. De hele voorkant van de motor krom, maar wat nog erger was; er zat een scheur in het motorblok."
Grégory Fastré kan zijn collega maar net ontwijken, maar klapt wel vol op zijn motor. (Beelden: Wayne Tessels)

Vibraties

Nadat zijn teamgenoot de motor half duwend terug in de pits wist te krijgen ging het team als een razende aan de gang met de reparaties. "Ze hebben heel knap werk geleverd, maar wat het is met zo'n kapot motorblok is dat de druk wegvalt en de olie daardoor niet meer goed smeert. Er zat een enorm gat in wat ze wel hebben kunnen dichten, maar er was in het blok zelf al te veel schade ontstaan. Toen er ook nog trillingen ontstonden hebben we besloten om ons terug te trekken."
Wayne Tessels snel onderweg op het Circuit de la Sarthe
Wayne Tessels snel onderweg op het Circuit de la Sarthe © RAC 41 ChromeBurner
Daarmee liepen Tessels en zijn team een haast zekere podiumplaats mis. "Je weet natuurlijk nooit wat er nog gebeurt in de resterende 15 uur, maar het zag er wel erg goed uit. We lagen inmiddels tweede, waren op weg naar de eerste plek en waren onder alle omstandigheden de snelste motor op de baan. We zullen het nooit weten, maar misschien hadden we wel gewonnen."
Misschien hadden we wel gewonnen
Wayne Tessels
Weer haalde Tessels de nacht niet op Le Mans. In de voorgaande edities viel hij met technische problemen uit voordat de zon onderging het Circuit de la Sarthe. "Dat vind ik wel jammer. Het was wel een uitdaging geweest, zeker gezien de weersomstandigheden. Het motregende steeds. In het donker is het al een stuk moeilijker te zien waar de rempunten liggen, maar als het asfalt ook nog nat is helemaal. Ik ben weliswaar van nature een goede regenrijder, maar die ervaring had ik graag meegenomen. Ik heb eigenlijk alleen in Maleisië een keer echt in het donker kunnen rijden."
'The Ice Rabbit', zoals Tessels in de paddock genoemd wordt, hoopt de komende jaren te kunnen oogsten. Hij tekende voor het eerst in zijn carrière een langdurige verbintenis, waardoor hij ook de komende twee jaar voor hetzelfde team rijdt. "Ik heb veel vertrouwen in mijn Franse team RAC 41 ChromeBurner. We reden voor het eerst op de nieuwe Honda-motor en als je ziet dat we nu al de snelste waren is dat veelbelovend. Eigenlijk was dit jaar ook maar bedoeld als ontwikkelingsjaar, maar de basis is zo goed dat we nu al resultaten kunnen halen."
Wayne Tessels met zijn team, met rechts naast hem teammaten Grégory Fastré en Johan Nigon
Wayne Tessels met zijn team, met rechts naast hem teammaten Grégory Fastré en Johan Nigon © RAC 41 ChromeBurner

Oogsten

Komend seizoen wil de Lopiker dan ook gaan oogsten. "Ik heb veel aan mijn teamgenoten, Johan Nigon en Grégory Fastré, die laatste is al bijna 40 jaar. Dat lijkt oud, maar in de endurance-racerij ben je dan op je best. Er komt namelijk heel veel ervaring bij kijken. Ik ben pas 26, dus ik kan nog veel van hem leren. Mijn toekomst ligt in ieder geval hier in de endurance-racerij, daar ben ik nu wel van overtuigd."

Gek zonder publiek

Voor het eerste vond de 24 uur van Le Mans zonder publiek plaats. Voor de televisiekijkers valt dat niet echt op, maar voor de coureurs wel. "Tijdens het rijden merk je het niet hoor, daar gaat het te snel voor. Al zie je normaal wel grote rookwolken hangen, als die Fransen op de camping weer iets in de fik gestoken hebben", lacht Tessels. "Maar je merkt het vooral op de vrijdag. Dan is normaal de pitwalk. Dan gaat de pitstraat open voor het publiek en komt er in anderhalf uur tijd 40-duizend man voorbij. Je bent dan alleen maar bezig met handtekeningen uitdelen en op de foto gaan. Dat heb ik wel gemist."
Teamgenoot Grégory Fastré, misschien niet meer de allersnelste, maar nog steeds eens van beste endurance-racers
Teamgenoot Grégory Fastré, misschien niet meer de allersnelste, maar nog steeds eens van beste endurance-racers © RAC 41 ChromeBurner
"Zo was er ook geen media event in het oude centrum van Le Mans. We zaten echt in een bubbel. Alleen via de telefoon kreeg ik mee hoe erg het leefde, want de race wordt in 50 landen live uitgezonden. Het maakte het wel makkelijker om extreem goed te kunnen focussen, maar doe mij maar weer gewoon 120-duizend man publiek volgend jaar. De fans maken toch de wedstrijd."