Margreet en de heren van het walking football: gevulde agenda's

'Vroeger' waren opa's en oma's oudere dames en heren die hielden van rust en koetjesrepen. Maar zelden zag je een grootouder door de kamer galloperen met een kleinkind op de rug. Tegenwoordig hebben veel grootouders één of meer vaste oppasdagen, waarbij er gekookt wordt voor de kleinkinderen, sportclubjes worden bezocht en er geholpen wordt bij het huiswerk.

Voetballer Leo is zo'n grootouder. Het oppassen kost hem behoorlijk wat energie, maar levert ook heel veel liefde en plezier op. Leo: "we doen het graag en als we eerlijk zijn, kan het in deze tijd soms ook niet anders. Als je kinderen een huis willen kopen, zullen ze toch echt beiden moeten werken. Kinderopvang is duur en dan worden opa's en oma's ingeschakeld. Het is iets van deze tijd, denk ik."

Ook Frank en zijn vrouw Louise passen een vaste dag in de week op. Op maandag eten ze na de walking football training snel een boterhammetje, om daarna naar de school van hun kleinzonen te gaan. Ze spelen met ze, gaan naar buiten - "Natuurlijk om een potje te voetballen op het pleintje" - en eten samen. "Maar het is niet zo dat we álles in het teken zetten van het passen op de kleinkinderen hoor", vult Louise snel aan, "we doen vooral veel leuke dingen. Als het mooi weer is, kan het zomaar zijn dat we in de trein stappen om lekker op pad te gaan!"