Utrechtse horeca staat te springen om personeel

Horeca-ondernemers nemen steeds vaker hun intrek in winkelruimte, constateert Pieter Honing, voorzitter van Koninklijke Horeca Utrecht. "Dat zie je goed in de Drieharingstraat. Vroeger zaten daar winkels, nu zie je er alleen maar restaurants . Ook op Rotsoord en in de stadskamer in het nieuwe Hoog Catharijne is er veel horeca bijgekomen."

Volgens Honing neemt het aantal kledingzaken in de stad af. "Horeca-ondernemers nemen die plaats in. De consument is de afgelopen jaren veranderd. We hebben meer te besteden. Mensen vinden het belangrijk om ook even te eten en een lekker kopje koffie te drinken. Je zie nu ook dat de gemeente het beleid aanpast. Ook buiten de stad is nu meer ruimte voor horeca."

Het vinden van goed horecapersoneel is niet makkelijk. "Voor op het terras zijn vaak wel jonge mensen te vinden, maar vakkrachten aantrekken is lastiger. Horeca-ondernemers moeten inventief zijn en zorgen dat ze een aantrekkkelijke werkgever zijn. Dat betekent niet alleen zorgen voor een passend salaris, maar ook voor opleiding en carrièrekansen."

Daarnaast is flexibiliteit belangrijk. "De cultuur is veranderd. Er is behoefte aan vrije tijd. Dat betekent bijvoorbeeld drie dagen werken in plaats van vijf, maar ook dat jongeren meerdere banen hebben. Daar moet je als ondernemer in de horeca op inspelen."

Werken in de horeca blijft onzettend leuk volgens Honing. "Elke dag andere gasten en situaties en je kan van alles doen in deze branche. Van terraslopen, inkopen en koken tot het het wegwijs maken van studenten en toeristen. In de horeca leer je lessen voor het leven en het is ook veel leuker dan op een saai kantoor zitten."