Verdachten proces 'moord op bestelling' zwijgen

AMSTERDAM - De verdachten in het zogeheten 26Koper-proces beriepen zich donderdagmiddag op hun zwijgrecht. Een aantal van hen kwamen welliswaar met een schriftelijke reactie, maar wilden vragen van de rechter niet mondeling toelichten. Dat bleek in de rechtbank in Amsterdam, waar de zaak werd behandeld. Justitie verdenkt de verdachten ervan dat ze zich bezighouden met huurmoorden.
De advocaten van de tien mannen, die niet allemaal aanwezig waren, eisten eerder op de dag nog dat de zaak aangehouden zou worden. De rechter had volgens hen niet alle noodzakelijke informatie. Bovendien zouden de aanklachten tegen de verdachten apart behandeld moeten worden. De rechter ging daar niet in mee en liet de rechtszaak doorgaan.

KLAPDAG

De zaak tegen de mannen kwam aan het rollen op 21 juli 2015. De rechter sprak donderdagmiddag van een 'klapdag', omdat de politie toen een enorme hoeveelheid
in een loods in Nieuwegein vond. Een deel daarvan werd
ook getoond in de rechtbank.
De verdachten worden onder meer gelinkt aan de liquidaties van Ranko Scekic in de Utrechtse wijk Overvecht, Samir Jabli in Amersfoort en Mohammed Alarasi, ook in Amersfoort.

VEILIGHEID

Van de tien verdachten waren er donderdag zes aanwezig. Eén van de mannen is er tijdens de tien zittingsdagen niet bij, omdat hij vreest voor zijn veiligheid. De aanwezige mannen beriepen zich op hun zwijgrecht en reageerden geïrriteerd, toen de rechter ze bleef vragen naar hun eventuele betrokkenheid.
Justitie komt volgende week donderdag met een strafeis.